TJA, HET IS EN BLIJFT EEN VAK HE!

Het begon net als in een sprookje. Er waren eens....... drie jonge meiden. Alle drie een leuk smoeltje en bevallig figuurtje. En precies de goede leeftijd: net achttien jaar. Maar er was nog meer. Een gewiekste manager met zo'n keurig plat aktekoffertje, het allernieuwste mobieltje en..... een glimmende Mercedes Bank. Maar helaas...... zangstemmen bezaten de meiden niet. Maar och, een kniesoor die zich daar aan stoort. Toch? Immers, een computer in de studio en een stuk of wat ‘rijp belegen’ zangeressen, die weliswaar geen fraaie rondingen meer bezaten maar nog wel aardige zangstemmen en het probleem was snel opgelost.

Het repertoire van de veelbelovende meidengroep werd van MTV- en TMF zangeressen ‘geleend’. Tja, ziet u, als ik opschrijf ‘gejat’ staat dat zo lelijk. En bovendien is het veel gemakkelijker te ‘lenen’ dan zelf liedjes te schrijven en er de begeleidende muziek bij te componeren. Want da’s toch nog moeilijk hoor. En: Goed gejat is altijd nog beter dan slecht verzonnen. Zo is het toch? Vooral als je alleen maar met je vingers op de achterkant van een gitaar kan trommelen… Gelukkig deed de computermengtafel wonderen. En warempel, de act was al na twee maanden voor consumptie geschikt. Daarna werd nog wel even de hulp ingeroepen van een danslerares van de derde leg. Want hoewel de dames beter konden dansen dan een paard, slaagden ze er nog niet zo goed in om dit keurig in de maat te doen. Dus bracht een dansmevrouw met peper en zout haar hen de nodige techniek bij. Hoewel… techniek? Joh, om techniek moest je je maar niet al te druk maken. Vooral niet als er tot na middernacht een tankwagen met 10.000 liter heerlijk schuimend bier achter de feesttent geparkeerd staat.

Met een flitsende en gelikte pers presentatie werd het gloednieuwe zangtrio gelanceerd. Dat was toch weer mooi een meevaller voor ons land. De natie was weer een meidengroep rijker en de aanbiedingen van de theaterbureaus en organisatoren stroomden binnen. Met name in de zomermaanden is er bij festivals en dorpsfeesten veel vraag naar lawaai en leuke meiden op het podium. De TV, bij gebrek aan beter, deed er braaf de nodige schepjes gratis publiciteit bovenop, dus zaten de jongedames geramd. Het was werkelijk om van te smullen. Maar toch… zeg nou zelf, wie zingt er tegenwoordig nog live op de TV? Zoiets is toch hopeloos ouderwets. Dus zongen de dames uit volle borst ook full playback op de podia.

Ja, ze deden het zo knap, dat het leek alsof ze echt zelf zongen. Wel riepen ze na elk nummer live -dat wel- de originele en aanstekelijke tekst “Everybody happy!?” de tent in, en het publiek dacht in goddelijke aanbidding: “Toe maar, ze spreken nog Engels ook! ’t Is me allemaal wat!” Natuurlijk reageerde de zaal of feesttent, waarin 2000 joelende mensen hadden plaatsgenomen, elke keer met een doldwaas enthousiast “Jaaaaaahhh!”

Nogal wiedes, want met een enorm stuk in de kraag van het schuimend bier van drie piek per plastic glas lom je niet op het idee om “Neeeeehhh!” te roepen. Dat doe je niet. Da’s zonde van het geld. Toch? En aangezien bij elk optreden “everybody happy” was, was het niemand opgevallen dat de dames avond na avond de kluit stonden te belazeren. Want de door echte zangeressen ingezongen minidisc deed geweldig zijn werk. De ingehuurde geluidstechnicus was ook een brave borst; en hield zijn mond over het grote geheim. Heel verstandig van hem, want dit was voor hem de beste en ook de snelste manier om zijn via de bank aangeschafte geluidsinstallatie terug te verdienen.

Maandenlang ging het goed. Maar jammer voor alle betrokkenen brak er ook een minder goede dag aan. Zeg maar rustig het noodlot sloeg toe.
Dat lag niet aan de meiden maar aan een moderne Tijl Uilenspiegel. Deze Tijl zat, op die gedenkwaardige avond, in de feesttent. En..... in zijn handen had hij een afstandsbediening van hetzelfde gerenommeerde merk waarmee bijna alle artiesten in Nederland hun begeleidingsmuziek via de minidisc laten klinken. Nadat het kortgerokte en oooohhh!!! zo getalenteerde zangtrio twee nummers lang de harten van het publiek op hol gebracht had, drukte deze grapjas midden in het derde nummer op een knopje van zijn afstandsbediening. En met deze simpele handeling stopte niet alleen abrupt de muziek maar ook het gezang van de dames!

In hun zenuwen hapten ze net als goudvissen-op-het-droge nog even stuiptrekkend na, maar toen vielen ze met hun goudvissenact hopeloos door de mand. Er viel een pijnlijke stilte op het toneel. Kort daarna werd deze gevolgd door een nog luidere stilte in de zaal. En toen brak –op zijn Hollands gezegd- de pleuris uit. Bierglazen en stoeltjes vlogen als ongeleide projectielen door de tent, richting podium. Voor onze girls was dat het sein om halsoverkop op hun hoge hakken en onder luid ‘Boehhhh-geroep’ het podium te verlaten. Achter het podium brak daarna het begin van de derde wereldoorlog uit. De organisatoren van het feest voelden zich hevig belazerd en zij weigerden ook maar één Eurocent van de gage uit te betalen. Hetgeen, overigens, achteraf gezien je reinste smartegeld geweest zou zijn. Gladjanus de Manager van het trio koos rap eieren voor zijn geld en hij zoefde razendsnel in zijn Mercedes Bank het festivalterrein af, op zoek naar een veiliger oord. Tien minuten later belde hij via zijn sjieke mobieltje naar de meisjes en hij gaf hen het advies om maar gauw stiekem het feestterrein te verlaten en vooral met niemand te praten – zeker niet met de pers. Hij had natuurlijk groot gelijk zo voorzichtig te zijn, die meneer de Manager. Want zegt u nou zelf: een door bedrogen muziekliefhebbers afgetrapte buitenspiegel van je Mercedes Bank is natuurlijk veeeeel ernstiger dan het risico te lopen drie jonge meisjes te moeten redden uit de klauwen van een woedende menigte…
Onze Platte Koffer Manager koos er voor om in zijn Armani outfit op veilige afstand van al dat tumult te blijven kijken .

Je hoort mensen weleens zeggen: “Ach, je bent jong en je wil wel eens wat…”Nou, die spreekwijze geldt natuurlijk ook voor die drie jonge ‘zangeressen’. En eigenlijk kun je ze dat niet eens kwalijk nemen. En die meiden, immers, zijn over een jaar of wat leuk getrouwd.
En dan kunnen ze vast en zeker met plezier terugkijken op een paar leuke maanden van roem en dit avontuur. Een prachtig verhaal toch, voor op een verjaardagspartijtje?

Maar gladjanus Meneer de Manager gaat natuurlijk gewoon door met zijn bedrog. Uit betrouwbare bron heb ik vernomen dat hij alweer een nieuwe act aan het voorbereiden is. Toen ik vroeger als acrobaat in nachtclubs werkte, maakte ik achter de schermen wel eens stennis mee wanneer een hoogbejaarde striptease danseres vooraf foto’s van haarzelf –toen zij nog veel jonger was- had opgestuurd. Dat waren dan prachtige prenten van voor de Eerste Wereldoorlog. Op die foto’s zag zij er verleidelijk en mooi uit en de kans dat zij daardoor als bejaarde dame werk kreeg was dan veel groter. Maar logisch dat zo’n clubeigenaar kwaad werd als hij door kreeg dat er met hem een spelletje gespeeld was. Bij het zien van de foto’s, van een stuk in een tanga die hoogstwaarschijnlijk gemaakt was door een zijderups op zijn vrije zaterdagmiddag, verkeerde zo’n man in de veronderstelling dat hij te maken kreeg met een mooie en vooral rondborstige spetter. Maar in werkelijkheid kwam er een ouwe lellebel in een maxi slip van de Wibra met hanguiers opdraven die luisterde naar de naam ‘Artrosia’. Hoewel hij bij het lezen van die naam op het contract had hij wel argwaan moeten koesteren, maar ja…

Het voorval met die bejaarde striptease danseres deed zich nu bijna veertig jaar geleden voor. Maar in al die tijd is er eigenlijk niets verandert in de showbusiness. Want wat is er eigenlijk voor onderscheid tussen die nachtclubdirecteur en de organisator van die feesttent met de ‘zangeressen’? Inderdaad, niet zo heel veel. Goed beschouwd eigenlijk niks.
Beide heren werden vakkundig belazerd.

“En hoe staat het met die Tijl Uilenspiegel?” vraagt u zich misschien af.

Wel, als u het mij vraagt, zal die beste Tijl door af en toe de stilte op te roepen, nog veel lawaai gaan veroorzaken de showbusiness.

© Bas van Toor